En ook ik twijfel wel eens. Twijfel over mijn keuzes, over mijn pad, over mijn ertoe doen. En dat kan soms zo diep gaan, dat ik mezelf gelijk ga geven, dat ik het ook niet kan. Dat het me niet gaat lukken. En warempel, dan lukt het ook niet. Mijn verstand zegt dan: “Zie je wel, Je kan het ook niet. Of, dat had je ook niet moeten doen.“

Laatst mocht ik met een paardenopstelling mee doen als representant. Dat doe ik vaker. Paarden trekken me altijd wel. Vroeger hadden ze bij mijn buren (mijn oom en tante) paarden. Mijn neef en nichten bereden ze, maar ik deed er mee praten, af en toe borstelen en als het mocht en ik het ook durfde, mocht ik ze “droog stappen”. Ergens voelde ik me wel thuis bij die grote paarden. Ze zijn zo mooi, groot en hebben iets elegants en respectvols. Voor grote honden ben ik bang, maar voor paarden niet. Tenminste niet gemerkt in die opstellingen.

Soms heb je van die avonden, die in alles zo mooi zijn. Het is aangenaam warm, het zonnetje schijnt door de bomen, mensen zijn vriendelijk en blij, vakantie en rust staat voor de deur. En daardoor voel je je intens gelukkig. Gisterenavond was zo’n avond. Na een heerlijke salade gehad te hebben voor de inwendige mens volgde de opstelling. De vragenstelster had de vraag of dat ze de functie van directeur in een grote organisatie wel aan zou kunnen? Ze vertelde haar verhaal en vanaf de eerste zin, wist ik dat ik haar representant zou zijn. En warempel, dat werd ik ook.

Samen met het mooie paard stond ik in de bak. Op gepaste afstand ging ik, soort van haaks bij haar in de buurt staan. Op gepaste afstand kon ik naar het paard kijken. En gepast in de zin van, dat is (nog) niet mijn plek. Ik kan wel alvast kijken en ervaren, hoe ik die plek kan invullen. En het paard stond daar vanaf die plek te kijken naar mij. Soms met een vlaag van vriendelijkheid, soms behoorlijk uitdagend. Maar de vriendelijkheid zegevierde. Wanneer ik ging nadenken of twijfelen over wat ik waarnam, kwam de uitdagende, soms wel kritische houding van het paard. Op de vraag waar het paard voor stond, voelde ik toch duidelijk dat het paard de nieuwe plek in de organisatie vertegenwoordigde.

De nu zittende directeur werd erin gebracht. Hij gunde mij de plek en op de vraag of hij dacht en wist dat ik als representant van de vragenstelster die nieuwe plek aankon, gaf hij een volmondig ja. Maar omdat die directeur erin kwam, maakte dat ik me naar hem omdraaide. Nu stond ik lijnrecht tegenover hem en met de rug naar de nieuwe plek. Daarop gaf ik aan de begeleidster van de opstelling terug, dat ik toch wel toestemming van hem nodig had, om die nieuwe functie te mogen doen. De directeur was verbaasd. “Ik heb je gezegd dat je het aankunt en mijn zegen heb je. Van mij heb je geen toestemming nodig”. Na een dubbelbeeld (Iemand uit het ene systeem wordt verward met iemand uit een ander systeem.) gedaan te hebben waarbij eigenlijk die toestemming niet van de directeur moest komen, maar van de vader van de vragenstelster, die op zijn beurt weer de toestemming van zijn moeder nodig had, bleek met dat inzicht en het uitspreken hiervan, ik die beweging te kunnen maken naar het paard toe.

Ik wist dat ik die nieuwe job aan zou kunnen. (lees: de vragenstelster) Dat stond buiten kijf. Tegen de directeur heb ik nog wel uitgesproken dat ik het wel op een andere manier zou doen, dan hij deed. ”Ik ga het op mijn manier doen.” De directeur bleef nog steeds bij zijn toestemming en wist dat ik het op een betere andere manier zou gaan doen. Op een manier waarop hij jaloers zou kunnen zijn. Dat wat hij niet kon en ik wel in mij heb.

Lopend naar de linkerkant van het paard, zag ik zijn manen die een paar nonchalante vlechtjes had. Er kwam een enorme neiging in me op om zonder zadel, met een sportieve zwier op het paard te gaan zitten, het bij de vlechtjes te grijpen en met een enorm vrijheidsgevoel samen de vrijheid tegemoet te rijden. Net zoals de indianen dat doen in een cowboy film. Oh wow! Wat voelde dat intens krachtig, wat bijzonder! En omdat ik niet in het echie kon paardrijden, met alle barrières van geen zadel, een paardenbak met omheiningen, vloog ik maar de lucht in met het paard. Wat voelde ik me geweldig. Ik kan het gewoon aan. Ik kan het gewoon aan!

Even werd het gezin ingebracht en ook die gaf mij de toestemming. Die stond volledig achter me. En ik wist dat ik in mijn vrijheid (mijn nieuwe job voor de vragenstelster), mijn gezin op die flow kon meenemen. Het bijzondere was dat ik geen enkele (verstandelijke) twijfel had.

Van de begeleidster van de opstelling kreeg ik een leidsel die ik bij het paard mocht vastmaken en zo liep ik door de bak. Het paard liep met me mee en deed precies wat ik wilde. Ook dat gaf een heel bijzonder gevoel.

Nu was het de beurt van de vragenstelster om de teugels te pakken van het paard. En ik zag haar twijfeling. Die voor mij bekende twijfel. En het paard liep niet mee. Nadat ze van de begeleidster verbinding moest maken met haar eigen kunnen en willen, liep het paard mee. En zo liep ook zij door de paardenbak met het paard. Af en toe liep het paard sneller, waardoor zij niet voorbij het hoofd van het paard was. Dat was weer zo’n twijfel. Toen ze het door had, corrigeerde zij. Precies zoals het in een organisatie ook gaat.

Wanneer jij niet in je kracht staat. Je denkt, dat het niet gaat lukken, dan krijg je het ook niet voor elkaar. Als je doet wat je deed, krijg je wat je kreeg. -Albert Einstein- Als ik blijf kijken zoals ik altijd heb gekeken. Blijf ik denken, zoals ik altijd dacht.

Dat ik als representant in deze opstelling mocht staan, was niet voor niets. In dit stuk zit ook IK. Maar alleen omdat het verstand er niet tussen zat, het niet mijn opstelling was, besef ik dat je de vrijheid zo dicht bij de hand kunt hebben. Je hoeft er maar op te springen en de hele wereld ligt voor je open. Ga het gewoon doen!

 

Word je aangeraakt door deze blog, neem gerust contact met me op.

Contact